Archeon Pax et Bonum

~ 57 ~ Alle zerken en stenen in en om het klooster zijn in 1578 door de timmerman Jan Cornelisz. uit Delft verwijderd. Het hoofdgebouw krijgt een nieuwe bestemming, onder andere als geschutgieterij. Langs de Voorstraat, op de plaats van de kerk, worden huizen gebouwd voor bemiddelde stedelingen. Pas in 1622 wordteennieuwebestemminggevondenvoorderesten van het klooster; het wordt een oudemannenhuis en de kamers van de kloosterlingen worden slaapkamers, het kapittelhuis wordt ziekenzaal. Vervolgens worden de overgebleven delen van het klooster jarenlang gebruikt door het naastgelegen Sacramentsgasthuis en later als gemeentelijke armenschool. Bij de bouw van meubelhandel Buytink worden vrijwel alle resterend gebouwen uiteindelijk gesloopt. 4.11 Archeologisch onderzoek In 1982 brandt de meubelzaak Buytink, op het oude kloosterterrein, geheel af. Dit geeft archeologen van de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) de gelegenheid om de ondergrondse resten van het klooster te onderzoeken. Versiering rond het altaarbordes met boordtegels. (Bron: Dordrecht Ondergronds 79, M.C. Dorst.) 29 maart 1982 brand bij Meubelhandel Buijtink. Tussen 1982 en 1985 zijn er opgravingen gedaan. Hierdoor is een groot deel van het klooster in kaart gebracht. Er zijn veel bouwresten, voorwerpen en graven gevonden uit de kloosterperiode 1250-1572. Pas in 2018 wordt een rapport van het archeologisch onderzoek, geschreven door M.C. Dorst, door de gemeente Dordrecht gepubliceerd. In het rapport wordt zeer gedetailleerd ingegaan op de bodemvondsten en worden conclusies getrokken over bouwfases van het klooster, het leven in het klooster en zijn bewoners en de meer dan 1000 personen die op het kloosterterrein zijn begraven.